Deze gelijkenis vertelde Jezus hun, maar zij begrepen niet wat Hij hun wilde zeggen: 'Wie niet door de deur, maar langs een andere weg de schaapskooi binnengaat, hij is een dief en een rover. Maar wie door de deur binnengaat, is de herder van de schapen. Hem doet de deurwachter open. De schapen luisteren naar zijn stem; hij roept zijn schapen bij hun naam en leidt ze naar buiten. En als hij al zijn schapen naar buiten heeft gebracht, trekt hij voor hen uit, terwijl zij hem volgen, omdat zij zijn stem kennen.' (Joh 10:1-6)
Opnieuw vertelt Jezus een gelijkenis. Maar de mensen begrepen niet wat Hij hun wilde zeggen. Dat gaat natuurlijk over ons; over de toehoorder van deze woorden. Jezus biedt puzzelstukken aan en we weten niet waar te beginnen. Jezus kan je nooit zomaar, als vanzelf begrijpen. Jezus spreekt niet recht voor de raap. Hij wil van ons een inspanning. Maar de onduidelijkheid van Jezus heeft tot doel dat wij zelf beginnen na te denken. Wat Jezus zegt, doet ons nadenken over de kwaliteit van ons leven. Jezus volgen is dus niet aansluiten om mee op stap te gaan; de 100 km naar Jeruzalem; de dodentocht! Neen. Jezus volgen is regelmatig halt houden; is gaan zitten om aandachtig te luisteren naar zijn mysterieuze woorden. Jezus volgen, is de tijd nemen om zijn gedachtenpuzzels te ontcijferen. Want ze gaan over ons leven.
De puzzel van ons leven. En die puzzel is moeilijk te leggen.
Wat is de schaapskooi van mijn leven? Wat is de deur ervan? Ben ikzelf de deurwachter? Kan ik het onderscheid maken tussen een betrouwbare bezoeker aan de deur van mijn hart en een dief die wil binnendringen? Hoe kan ik de stem van wie aanklopt herkennen? En wanneer kan ik de stem vertrouwen? Wanneer kan ik mijn hart openen? Hoe maak ik de goede keuze? Jezus volgen, is telkens een nieuw puzzelstuk van je leven inpassen. Je ziet: wie niet bereid is halt te houden, wie niet wil filosoferen, wie niet bereid is de puzzel van de liefde te leggen, zal concluderen: 'Ik begrijp niet wat Jezus wil zeggen.' In de schaapskooi van ons bestaan, bevindt zich een prachtige kudde schapen. Die mooie deugden moeten hun weg naar buiten vinden. De deur moet worden geopend. Wij, deurwachters moeten het signaal leren verstaan, om de deur te openen voor de Goede Herder, voor God. De Geest zal dan de schapen binnenin; onze goedheid naar buiten leiden.
Onze goedheid? Jazeker.
Want de goedheid komt niet enkel van Jezus. Alsof Jezus de goede is, en wij de slechten. Neen. Jezus wil navolgers, nabootsers, mensen zo goed als hij. Wel, weet dan, dat de Geest onze goedheid aanmaakt én naar buiten wil stuwen. Al wie het hart opent voor de Geest van God, zal ondervinden dat de deuren van de schaapskooi geregeld worden opengeslingerd. Al wie durft halt te houden, en in stilte overweegt, krijgt het volgende puzzelstukje van het leven in handen en zal precies weten waar het in te passen.
Comments