Het sacrament van het doopsel in diaconaal perspectief.
Dopen is onderdompelen. Als wij geboren zijn, worden wij in feite gesmeten en ondergedompeld in het grote leven. Naakt en nat, in de hoop dat we snel worden gedroogd en gekleed door een moederlijke figuur.
Maar niet veel later worden we opnieuw ondergedompeld. Deze keer in doopwater. Als dat je niet is overkomen als klein kindje dan kan dit altijd nog op latere leeftijd, heel bewust. Zoals Jezus eigenlijk.
Jezus doopte niet zichzelf. Hij werd gedoopt. Hij moest daartoe een lange weg afleggen, om dan de rivier in te stappen. En dat bracht heel wat op. De kracht van God werd zijn deel. Nog nooit was hij zo gedreven. Hij zou niet meer zwijgen. De rest is, letterlijk, geschiedenis.
Je laten dopen is krachtig. Het is het risico nemen dat jouw verlangen om voller te leven door de Geest wordt ingewilligd. Zo kan je een gedreven persoon worden die de richting van het Leven op het spoor komt.
Je kindje laten dopen, is aan je verlangen uitdrukking geven dat ook jouw kind de innerlijke richting van het Leven mag vinden, mag behouden en op unieke wijze mag verrijken.
Als het dan enkele jaren verder aantreedt voor het vormsel, dan kan het doopsel opnieuw en bewust worden beleefd.
Комментарии