top of page

Broodvermenigvuldiging in coronatijd

Het verhaal van de broodvermenigvuldiging kan je op verschillende manieren lezen: heel oppervlakkig of heel diepzinnig. Bij een oppervlakkige lezing focus je vooral op spectaculaire elementen in het verhaal, omdat je het wellicht te letterlijk interpreteert: 5 broden, 2 vissen, 5000 mensen die eten en 12 volle manden overschotten. Dat klinkt zo spectaculair, dat het bijna niet te geloven is. Hoe is Jezus daar toch in geslaagd: in dat eindeloos breken van wat brood en vis? Dat druist toch in tegen de wetten van de natuur? Dat kan toch niet! En nog sterker…je kan je ook afvragen waarom God vandaag zo geen wonderen doet voor zovele mensen die honger, gebrek en armoede lijden in onze wereld? Een oppervlakkige – dit wil zeggen letterlijke – lezing van dit verhaal leidt vooral tot struikelblokken om het te geloven.



Bij een diepzinnige lezing focus je niet op de spectaculaire elementen van het verhaal, maar wel op de diepere lagen die erin verscholen liggen, zoals het contrast tussen de houding van Jezus en die van de apostelen. Ze waren met 5000 mensen op een afgelegen plaats en was het avond. Jezus en de apostelen waren wellicht al een hele dag onderweg met die grote groep mensen. Voor de apostelen was het welletjes: de werkdag is om, tijd om te gaan slapen! En daarom zeggen ze kordaat tegen Jezus: “stuur dat volk toch weg om in de dorpen eten te gaan kopen”. Met andere woorden: dat ze hun plan maar trekken – en wij die van ons!


Meteen plaats Jezus de apostelen voor een dilemma: “Geven jullie hen maar te eten!” Jezus raakt de apostelen in hun geweten, want dat moet wakker worden geschud. Kan je zomaar al die hongerige mensen wegsturen om dan rustig zelf aan tafel te gaan en met een voldaan gevoel gaan slapen? Daarom wijst Jezus de apostelen op hun verantwoordelijkheid en meteen op hun egoïsme, zelfzucht en gemakzucht. Het past een apostel niet onverschillig te blijven tegenover het lot van medemensen!


Een diepzinnige lezing van het wonderverhaal van de broodvermenigvuldiging kijkt dus dieper dan het uiterlijke spektakel. Het is een lezing in de diepte; in de diepte van ons persoonlijk geweten. Want ook tot ieder van ons zegt Jezus: “geef gij hen maar te eten!” In deze bijzondere coronatijd kan die opdracht heel concreet klinken. Heeft de bejaarde buurman of buurvrouw vandaag wel brood of soep? Kan die wel zelf wel naar de winkel gaan? Pleeg ik eens een telefoontje naar iemand die eenzaam en alleen thuis in isolatie zit, of in het rusthuis of het ziekenhuis? Draag ik voldoende zorg voor mijn eigen gezondheid en zo voor die van mijn huisgenoten, collega’s, vrienden en buren? De ‘bubbel van vijf’ betekent niet dat ik onverschillig kan blijven voor alle anderen buiten mijn persoonlijke bubbel. Het wonderverhaal van de broodvermenigvuldiging plaats mij voor een keuze: ofwel stuur ik de mensen maar naar huis, ofwel geef ik hen maar te eten.

42 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page