top of page

Geloven volgens Kristien Hemmerechts

In het evangelie lees je met regelmaat deze grote tegenstelling: Iedereen die gelooft, die gaat niet verloren. Met daar tegenover: Wie niet gelooft, die gaat verloren.


Als je het aan de Bijbel vraagt, of aan de kerk, dan zal ons inderdaad gezegd worden: Het draait om geloof. Het lijkt dus veel veiliger om te geloven dan om niet te geloven. Maar laat ons dat ‘geloof’ even onder de loep nemen.

Laat onsgeloof’ even onder de loep nemen.

Zo’n drie jaar geleden was er een taaie tante; een schrijfster die tegen alle verwachtingen in plots naar de kerk begon te gaan. Het was nochtans iemand die heel uitdrukkelijk afstand hield van geloof en kerk en dat ook niet onder stoelen of banken stak. Ook haar boeken getuigen daarvan. Ik heb het over Kristien Hemmerechts.


Vandaag getuigt ze over haar geloof. Maar hoe doet zij dat?

“Ah, oké”, zeggen de mensen tegen haar. “Jij gelooft dus dat de hemel bestaat en dat Jezus werkelijk uit de dood is opgestaan?”. “Wel”, antwoordt zij: “Mensen willen graag eenvoud en klaarheid. Dat verklaart het drama van onze tijd, waarin figuren als Trump zoveel succes hebben. Ik snap de aantrekkingskracht van het eenvoudige. Maar, hoe meer ik weet, hoe meer ik besef dat ik niets weet ... Als ik schrijf, wil ik nuances weergeven.”


Geloven is dus niet hetzelfde als weten. In het evangelie klinkt het al te eenvoudig: Wie gelooft, is gered, maar wie niet gelooft, die gaat verloren. Dat is slechts één zin. De Bijbel is echter veel dikker! En dat komt omdat de betekenis van ‘geloven’ niet eenvoudig is. Het is bijzonder complex. Je leert ook niet theologie op een maand tijd, of op je eentje.


Ben jij gelovig, Kristien Hemmerechts? 

“Wel, ik zeg nooit dat ik gelovig ben, dan lijkt het of je in Sinterklaas gelooft. Ik ben een christen, ik ben katholiek en ik ga naar de mis.” Dat is een mooie nuance van deze schrijfster. Sommige dingen kan je klaar stellen, namelijk: Wat ben je? Christen. Wat doe je? Ik ga naar de mis. Maar op de vraag ‘Geloof je?’ kan je best antwoorden met een dik boek. Juist omdat het veel uitleg behoeft. Omdat het veel denkwerk vraagt. En veel nuance.


Kristien gaat verder: “Ik zeg de geloofsbelijdenis mee in de mis, maar dikwijls vraag ik mij af wat ik daar dan zeg ... Aan geloven wordt te veel belang gehecht, vertrouwen is een veel belangrijker werkwoord. Wie zich eenzaam voelt, is vaak het vertrouwen kwijt. Vertrouwen is een kostbaar goed, en je kunt het gratis en voor niets krijgen.”


Ik denk dat ze gelijk heeft. Wat wij zoeken, is een groot vertrouwen. Neen, geen vertrouwen in de politiek of in het schoolwezen of in de economie. Maar wel een overstijgend vertrouwen. Een vertrouwen in een universeel omvattende en goede werkelijkheid. Ook Einstein zegt het: Het Universum is vriendelijk. Wel, in de kerk zeggen wij dat ook, namelijk: God is goed.

Vertrouwen. Het is kostbaar en gratis. Iets om te cultiveren.

Misschien zijn we ‘kleine gelovigen’, of zelfs ‘ongelovige gelovigen’, mijmert Kristien Hemmerechts. Niet erg, zou ik zeggen. Laat ons maar vertrouwen in het universele licht. Vertrouwen op God. Vertrouwen als de ware sleutel om hoopvol te leven. Want zonder, zal het ons niet lukken.

46 weergaven

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page